Begonnen met Bridge

HOE HET BEGON…

In 1970 ontdekten mijn bridgepartner en ik het plezier van het bridgen. We speelden thuis met z’n vieren Robber Bridge, bekend onder de oudere generatie bridgers. Scores werden toen onder en boven de streep geschreven en van biedsystemen hadden we nog nooit gehoord. We speelden met mondelinge afspraken. Een slem mocht niet gedoubleerd worden. Voor iedere 10 punten die je na een Robber achterstond, werd 1 cent gespaard. Van de opbrengst maakten we eens per jaar een uitstapje. In 1971 vonden we het boekje ‘Contract Bridge in een Notendop’ van Charles H. Goren en dat werd ons studieboek voor de daaropvolgende jaren. Het waren plezierige jaren, waarin we veel geleerd hebben.

NAAR DE BRIDGECLUB…

In 1977 besloten mijn bridgepartner en ik ons aan te melden bij een bridgeclub. Daar werden we als twee jonge leden - begin twintig - met open armen ontvangen. Onze eerste speelavond was een aparte ervaring: allemaal oudere dames en heren. Dat varkentje zouden wij wel eventjes wassen. Maar het liep anders: wij kregen een ongelofelijk pak slaag! Dat duurde meerdere weken, totdat een vriendelijke oudere dame ons een kopie van het biedsysteem ‘Ely Culbertson’ in de hand drukte met de woorden: “Lees dit maar eens door, dan spelen jullie straks net zo goed als alle anderen hier.” Mijn bridgepartner en ik waren blij met haar advies en maakten ons het Culbertson systeem eigen. Na een week of vier werden de eerste resultaten zichtbaar. Maar toch, het Culbertson systeem lag ons niet. Kort daarna ontdekten wij het boekje van Cees Sint en Ton Schipperheyn ‘Bridge van Start tot Finish 1’ over het veelgeprezen Acol systeem. We gingen aan de slag met dit nieuwe biedsysteem, voelden ons er prettig bij en boekten betere resultaten. De oudere leden speelden ons niet meer van tafel en wij werden geduchte tegenstanders.

STERKE SPELERS...

De bridgeclub bleef groeien en op een bepaald moment moest er in groepen gespeeld worden. Dankzij ons niveau op dat moment werden we ingedeeld in de A-groep met de sterkste spelers. Dat gebeurde in 1980, maar in december 2007 moesten we voor het eerst een stapje terug doen. Als enige nog nooit gedegradeerde paar van de vereniging was nu de beurt aan ons: degradatie naar de B-groep. Gelukkig werd daarna om het clubkampioenschap gespeeld, waardoor wij gemotiveerd bleven. Die motivatie leidde tot het resultaten: wij behaalden het kampioenschap in de B-groep te gemakkelijk en promoveerden meteen weer naar de A-groep. Daar voelen wij ons nog steeds het prettigst! En waarschijnlijk hebben onze tegenstanders in de B-groep er niets tegen…

PLEZIER OP NIVEAU…

Het kostte wat tijd om op ons huidige niveau te komen, maar nu spelen wij in de top van onze vereniging (ongeveer 90 leden). Af en toe worden we clubkampioen en soms derde of vierde bij een kroegendrive. Hartstikke leuk! We spelen het spel nog steeds voor het plezier en dat willen wij ook blijven doen. We hadden nooit de ambitie om op hoog niveau te spelen. Misschien had dit ook te maken met ons besluit om niet meer voor geld te bridgen. Bridgedrives met geldprijzen spelen wij niet. Prijzen moeten bestaan uit bloemen, wijn of een ander cadeau. Het gaat om de eer en het plezier!

HERINNERINGEN…

Een van de leukste herinneringen is de eerste drive die wij speelden. Daar zagen wij nog heren in smoking en dames in gala. En wij kwamen daar in onze spijkerbroek en ons T-shirtje. De eerste tegenstanders kwamen uit Noorwegen. Zij spraken geen Engels en biedingboxen bestonden nog niet. De biedingen werden daarom gedaan door op tafel te tekenen en vingers te tellen. Na afloop hebben we nog gezellig met handen en voeten gepraat, maar dat ging niet over bridge.

Een minder plezierige ervaring was de eerste districtswedstrijd viertallen die wij speelden. Het was het tweede spel. Wij hadden 3 Sans Atout geboden. Wij speelden tegen een echtpaar en de vrouw van het stel nam de slag en moest naspelen. Dat gebeurde ergens middenin het spel: schoppen 7 en dummy aan slag. Mijn partner raapte zijn 9 slagen op en er werd 3 Sans Atout gemaakt. Maar toen! De scheldpartij tussen beide echtelieden was te grof om hier te herhalen. En dan zit je daar als broekie. We hebben die wedstrijd gewonnen, maar ik heb het echtpaar niet meer als bridgepartners aan de tafel gezien. Heel verstandig!

Spannend was de volgende ervaring: in de districtsvliertalen 2 klasse speelde een viertal van onze vereniging tegen een viertal van onze buurgemeente. In die periode was het samenvoegen van gemeenten in volle gang. De burgemeester van onze buurgemeente was een bekend bridger in de regio. Hij had vernomen dat er tussen beide gemeenten gebridged werd en na een kort overleg verscheen hij dan ook in onze speelgelegenheid. Onmiddellijk liep hij naar zijn dorpsgenoten en nam plaats als toeschouwer. Helaas kon hij het niet laten zich met het spel te bemoeien en zijn inmenging werd een van de paren teveel. De wedstrijdleiding werd erbij geroepen en de burgemeester kreeg een waarschuwing. Het duurde niet langer dan één spel toen de arbiter weer ten tonele moest verschijnen. Vervolgens werd de burgemeester beleefd doch dringend verzocht de speelgelegenheid te verlaten. ‘Burgemeester’ was geen bijnaam. Hij was een échte burgemeester.

EN NU…

Ik heb Bridge Office opgericht omdat ik denk dat ik de niet-bridger, de beginnende bridger, de thuisbridger of de iets zwakkere bridger iets te vertellen heb en een hart onder de riem kan steken.

Ik heb aan den lijve ondervonden dat de weg naar bridgesucces in het begin niet eenvoudig is. Ik heb geleerd van die ervaring en kan deze kennis overdragen op anderen. Daardoor wordt de weg naar succesvol bridgeplezier korter en aangenamer voor startende bridgers.

Ik speel nog alleen nog bridge vanwege het plezier in het spel en dat gevoel ben ik in al die jaren nooit kwijtgeraakt. Zoals gezegd, de top halen was nooit mijn ambitie, ondanks het feit dat ik op zo’n jeugdige leeftijd begon. Ik heb veel meegemaakt in de bridgewereld, had bestuursfuncties, was voorzitter en lid van de TC, was voorzitter van de vereniging en speelde in het eerste viertal in de hoofdklasse.

Speel geen wedstrijd bridge meer. Dat hebben mijn partner en ik, na ruim 45 jaar aan de kapstok gehangen.
Spelen nog thuis en bezoeken enkele drives bij ons in de buurt, waarvan wij leuk vinden om daar aan mee te doen.
Speelt u pas? Dan heeft u nog wat voor de boeg.

Ik wens u heel veel bridgeplezier!

Thijs Op het Roodt